Art@Site www.artatsite.com Carel Visser Meer Apeldoorn
Artist:

Carel Visser

Title:

Meer

Year:
1998
Adress:
Sprengenpark
Website:
www.geheugenvanapeldoorn.nl:
Het beeld, getiteld Meer, onthuld op 26 april 2006, is sterk geleed, op basis van een meanderende structuur. Dit beeldmotief heeft een sterke associatie met water. Dit past bijzonder goed bij de sprengen en beken van Apeldoorn.
Visser kreeg de vraag wat maakt een beeld tot een goed beeld voorgelegd. Hij antwoordde hierop: 'Een beeld mag vooral niet te veel zijn. Voor mij is een ideaal beeld horizontaal. De kracht moet net zo zeer in de lengte als in de breedte zitten. Het moet elkaar niet opheffen, maar versterken.'
Dat horizontale is ook kenmerkend voor het beeld Meer. De sokkel is vaak onderdeel van het beeld; Carel Visser betrekt de grond waarop ze staan bij het werk, zoals ook de door hem bewonderde beeldhouwer Constantin Brancusi deed. 'Dat aardse is belangrijk, omdat de aarde het enige is wat we weten, waar we op lopen. Het bovenaardse weten we niet. Misschien is het er, misschien niet. Dat weet niemand.'

www.buitenbeeldinbeeld.nl:
Het beeld is in 2006 geplaatst in het Sprengenpark in Apeldoorn in het kader van de uitreiking van de Wilhelminaring, een oeuvreprijs voor beeldhouwers. Het beeld is - in oplage - gemaakt in 1998 en kreeg toen de naam Lake Powell mee.
Visser baseerde het werk op lucht- of satellietfoto's van het meer Powell bij de Grand Canyon. De waterlopen die het meer voeden laten een grillig patroon zien dat ontstaat doordat water via de minste weerstand zijn natuurlijke weg naar het laagste punt zoekt. Ook het bekken waarin het water zich verzamelt, heeft door de omliggende bergen grillige contouren.
Tegenover de kronkelende natuurlijke waterloop staat de rechte waterloop van een spreng. Sprengen zijn door mensen gegraven of verlengde beken. Sprengen werden gemaakt door een gat te graven in een helling tot de grondwaterspiegel. Uit deze sprengkop stroomt het water door druk naar de oppervlakte en vervolgt zijn weg via een gegraven beekloop. Deze kunstmatige beekloop werd zo aangelegd dat het verval zo klein mogelijk is. Zodoende het water op de rand van het Veluwe-plateau nog voldoende hoogte en daarmee kracht om watermolens aan te drijven.
Het kronkelige meer van staal ligt evenwijdig aan de dieper gelegen rechte spreng van aarde en water. Beide zijn te omschrijven als kunstmatige natuur.

www.buitenbeeldinbeeld.nl:
De Wilhelminaring is een oeuvreprijs voor Nederlandse beeldhouwers uitgereikt door de gemeente Apeldoorn. De prijs bestaat uit een ring, een geldbedrag en een opdracht voor een werk voor het Sprengenpark in de gemeente. De prijs wordt tweejaarlijks uitgereikt en bestaat sinds 1998. De lofuiting is in het leven geroepen ter gelegenheid van het feit dat het vijftig jaar geleden was dat Wilhelmina afstand deed van de troon.
De ring is volgens de organisatie de enige oeuvreprijs voor Nederlandse beeldhouwers. In 1998 kende de jury de ring toe aan Joop Beljon, daarna aan Joep van Lieshout (2000), Jan van Munster (2002), Carel Visser (2004), Maria Roosen (2006), John Körmeling (2009), Piet Slegers (2011) en Hans van Houwelingen (2013).
'Mooie ring.' Carel Visser was zichtbaar blij met de Wilhelmina-ring, die hij op Paleis Het Loo in Apeldoorn kreeg uitgereikt in 2004. Volgens de jury verdiende Carel Visser (1928) de prijs, omdat hij heeft bijgedragen aan een wezenlijke vernieuwing in de beeldhouwkunst, 'voornamelijk doordat hij ruimte in het voorheen massieve beeld heeft gebracht en het beeld een nieuwe positie in het overgangsgebied tussen ruimte en aarde gegeven'.

www.wikipedia.org:
Carel Nicolaas Visser (Papendrecht, 3 mei 1928 - Le Fousseret, 1 maart 2015) was een Nederlandse beeldhouwer, tekenaar en graficus.
Visser volgde van 1948 tot 1949 een studie architectuur aan de Technische Hogeschool in Delft en aansluitend tot 1951 beeldhouwkunst aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Na een studiereis in Engeland en Frankrijk vestigde hij zich in 1952 in Amsterdam. Hij creëerde aanvankelijk gestileerde, ijzeren vogelsculpturen en had zijn eerste solo-expositie in 954 bij Galerie Martinet in Amsterdam. In 1957, toen zijn beeldhouwstijl abstracter was geworden, brak een periode met enkele reizen aan: een studiereis naar Italië (Sardinië) met een beurs van de Italiaanse overheid in 1957, een verblijf als visiting professor aan de Washington University, Saint Louis (Missouri) (V.S.) in 1962 en een studiereis naar Mexico met een Nederlandse staatsbeurs in 1965. Visser was docent aan de Koninklijke Academie in Den Haag van 1958 tot 1962.
In 1968 werd Visser uitgenodigd voor de 4.documenta in Kassel en de Biënnale van Venetië. In hetzelfde jaar werd door Jonne Severijn een documentaire film gemaakt over zijn werk. Visser vestigde zich in 1981 in Rijswijk (Gelderland). Hij was van 1966 tot 1998 docent aan de Ateliers '63 in Haarlem
Carel Visser wordt gezien als een van de belangrijkste constructivistische beeldhouwers van Nederland. Zijn latere werk kenmerkt zich door assemblage van een veelheid aan materialen, zoals autobanden, olievaten, autoruiten, leer, schaacht, eieren enzovoorts. Hij maakt geordende verbindingen met deze zogenaamde grote en soms kleine objets trouvés. Een aantal van zijn werken wordt ook wel vergeleken met een muziek compositie waarbinnen herhaling en variatie een belangrijke rol spelen. Zijn werken uit de periode 1975-1985 zou men environments kunnen noemen, in tegenstelling tot het meer sculpturale werk zoals het stervend paard (circa 1949).
Rond 1960 houdt hij zich bezig met de massieve gesloten kubus van ijzer en de 'slappe' kubus van draad. Visser laat zich onder andere inspireren door de natuur (plant en dier), wat ook zijn gebruik van natuurlijke materialen zoals hout, wol, zand, veren, botjes, touw en leer verklaart.
Visser is op 1 maart 2015 op 86-jarige leeftijd overleden in zijn Franse woonplaats Le Fousseret.