Art@Site www.artatsite.com Cor Kraat Nieuwe Delftse Poort
Artist:

Cor Kraat

Title:

Nieuwe Delftse Poort

Year:
1995
Adress:
Galerij
Website:
www.bkor.nl:
Rond 1373 was er al sprake van een Delftse Poort. In 1545 werd de poort vervangen door een nieuw exemplaar. Vanaf de bouw in 1768 was de Delftse Poort, naar een ontwerp van architect Pieter de Swart, het bekendste bouwwerk in de stad. Eind jaren dertig werd de poort verplaatst in het kader van de herinrichting van het Hofplein. Tijdens het bombardement in 1940 werd de Delftse Poort vernietigd.
Cor Kraat maakte een staalconstructie, die aan alle zijden open is en plaatste het op de oorspronkelijke locatie. Het bouwwerk oogt als een driedimensionale grafische tekening. De neoklassieke vooroorlogse poort lag ten grondslag aan zijn ontwerp.
De poort met het karakter van een kunstwerk in aanbouw, staat symbool voor het feit dat Rotterdam nog steeds aan het bouwen is. Op de oude poort stonden vier personificaties: de personificatie van Handel en Verkeer, de stedenmaagd, de Maas en de Rotte. Deze figuren keren gestileerd terug op de moderne poort.
Dit beeld laat door de verbeelding van de oude stadspoort het Rotterdam van de 18e eeuw zien.
Cor Kraat (Rotterdam, 1946) volgde van 1965 tot 1971 een opleiding aan de Rotterdamse Academie van Beeldende Kunsten. Van 1979 tot 1992 werkte Kraat in het kunstenaarscollectief Kunst & Vaarwerk met Hans Citroen en Willem van Drunen. Kunst & Vaarwerk legde zich toe op monumentale kunst in de stad. Tussen 1979 – 1983 was Cor Kraat docent zeefdrukken aan de Rotterdamse Academie. Kraat was medeoprichter van galerie Black Cat.

www.rotterdam.nl:
Op 18 mei 1995 werd de Nieuwe Delftse Poort officieel geopend door minister-president Wim Kok. Deze datum was niet toevallig, want die dag werd 50 jaar Wederopbouw van Rotterdam gevierd.
Het kunstwerk van Rotterdammer Cor Kraat is een geabstraheerde stalen replica van de Delftse Poort. Bij de poort is net als bij de wederopbouw van Rotterdam niet gekozen voor reconstructie, maar voor vernieuwing. De Nieuwe Delftse Poort is dan ook een waardig monument voor de Wederopbouw.
De oorspronkelijke Delftse Poort, tussen 1768 en 1772 naar ontwerp van Pieter de Zwart gebouwd, was een van de bekendste bouwwerken van Rotterdam. Het neoclassicistische bouwwerk was de derde poort op deze plek. Ooit had Rotterdam tien stadspoorten, maar sinds 1856 was de Delftse Poort de enige overgeblevene.
In 1938 nam de gemeenteraad een plan van stadsarchitect Witteveen aan voor reconstructie van het Hofplein. Consequentie van dit plan was dat de Delftse Poort verplaatst moest worden. Verrollen was kostbaar en risicovol. Daarom besloot men de poort, die de monumentstatus had, af te breken en te herbouwen op de nieuwe locatie. Tussen 18 februari en 20 mei 1939 werd de poort gesloopt. Op 26 augustus 1939 werd de eerste steen gelegd voor de herbouw. Bij het bombardement was de poort half afgebouwd. De ontbrekende delen lagen genummerd klaar. In 1941 werd besloten de poort niet te herbouwen en het halve bouwwerk te slopen. Een deel van de beelden van de Delftse Poort belandden bij Museum Boijmans.
De eerste ideeën voor een Nieuwe Delftse Poort dateren uit 1988, toen Rotterdam het 650-jarig bestaan vierde. In 1992 publiceerde de Stichting Nieuwe Delftse Poort een brochure om interesse te kweken voor het idee en om de financiering rond te krijgen. Een belangrijke financiële bijdrage levert de bekende kunstverzamelaar baron Hans Heinrich Thyssen-Bornemisza, die daarmee zijn verbondenheid met Rotterdam gestalte geeft.
De Nieuwe Delftse Poort is 18 meter hoog, 18 meter breed en 13 meter diep, dezelfde afmetingen als het achttiende-eeuwse gebouw. De contouren van het gebouw zijn als staalconstructie herbouwd. Er zijn H-, U- en T-profielen, buizen en in plaatstaal gemaakte vormen gebruikt. Het robuuste gebouw heeft een meniekleur gekregen. Het grafische lijnenspel en de meniekleur benadrukken de onafheid van het kunstwerk en van de stad zelf. Op een der sokkels staat een gedicht van Jan Oudenaarden. Enkele fragmenten van de oude poort zijn in de nabijheid opgesteld.

www.wikipedia.org:
De Delftsche Poort in Rotterdam was een stadspoort waarvan de laatste in 1764 werd gebouwd naar een ontwerp van architect Pieter de Swart. Het was reeds de derde poort op die plaats: de voorgaande twee waren wegens bouwvalligheid gesloopt. De eerste poort werd in de Middeleeuwen gebouwd en kreeg de naam de Noorderpoort en had een voorpoort. De tweede St. Joris- of Delftsche Poort werd in 1545 gebouwd.[1]
In de jaren 30 van de 20e eeuw stond de poort in de weg: Rotterdam wilde een betere doorstroming van het toenemende verkeer. Men besloot de poort zo'n honderd meter te verplaatsen (afbreken stuitte op te veel weerstand). In 1939 begon men met de verplaatsing van het geheel. De onderbouw was in 1940 gereed, tijdens het bombardement werden zowel dit gedeelte als de opgeslagen beeldhouwwerken beschadigd. Een jaar later werd besloten dat"naar het inzicht van de meerderheid van de geraadpleegde deskundigen de poort niet meer afgebouwd kon worden en moest zij geheel verdwijnen". Enkele sierwerken werden gered en opgenomen in de muren van de gebouwen op de hoek van het Stadhuisplein.
Vijftig jaar later werd er op nagenoeg de oorspronkelijke plaats van de Delftsche poort aan het Pompenburg een reconstructie in staal opgericht, ontworpen door de kunstenaar Cor Kraat. Rond de poort zijn enkele restanten opgesteld van de gebeeldhouwde ornamenten die de oorspronkelijke poort sierden.

www.youtube.com:
De Nieuwe Delftse Poort, beschilderde trams en lantarenpalen, het beeld van Jaap Valkhoff: het is een kleine greep uit het omvangrijke oeuvre van beeldend kunstenaar Cor Kraat.
Tentoonstellingsruimte LP2 op de Wilhelminapier eert de 'Cowboy van de havenstad' met een overzichtstentoonstelling aan de hand van foto's en maquettes van zijn vele kunstwerken.
Wie door Rotterdam loopt, kan nauwelijks om de kunstwerken van Cor Kraat heen. Eén van zijn bekendere werken is de BMW die uit de parkeergarage aan het Weena lijkt te vallen. Cor Kraat (65), die als jonge kunstenaar opgroeide in de jaren '60, wilde kleur brengen aan een stad in wederopbouw. 'Die grauwe stad had een bombardement van kleur nodig', aldus Kraat.